Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [Teth.] [55]Het is goed, dat men hope, en stille zij [56]op het heil des HEEREN. 55. Hij is gelukkig, die zijne hoop vast op den Heere gesteld heeft en in stilheid verlossing van den Heere is verwachtende; zie Ps.37:7; zie ook Jes.30:7. Anders: het is goed als men smart lijdt, dat men stil zij, enz. 56. Dat is, op de verlossing, die de Heere bewijst dengenen, die op Hem vertrouwen.